De ontwikkelingen zijn opgenomen onder de knop 'Grondbezit'. Deze knop vindt u aan de rechterzijde van deze pagina.
Grondzaken
Het grondbeleid draagt bij aan de realisatie van gebiedsontwikkelingen, projecten en programma's en overige ruimtelijke opgaven via de instrumenten contractvorming, zelfrealisatie en verwerving van grond en vastgoed, vervreemden van grond en vastgoed en tijdelijk beheer (pacht en beheer gebouwen). Een belangrijk instrument ten aanzien van het grondbeleid en tevens onderdeel van dit Jaarverslag is de Meerjaren Investeringsprognose Grondbeleid (MIG). Deze paragraaf is hierop gebaseerd.
Ontwikkelingen
Beleidskader
De nota Grondbeleid (zie PS/2018/984) geeft de kaders aan voor toepassing van de grondbeleidinstrumenten. Deze zetten we in bij programma's en projecten. Marktconformiteit, transparantie en het voorkomen van ongeoorloofde staatssteun zijn hierbij belangrijke uitgangspunten. De provinciale gronden zijn onder te verdelen in rest-, ruil- en projectgronden. De rest- en ruilgronden waarderen we tegen waarde huidige bestemming (in de meeste gevallen landbouwwaarde). De projectgronden waarderen we voor de waarde van de nieuwe functie, te weten natuurwaarde, of boeken we af naar € 0 als de grond is aangekocht voor infrastructuur.
Hierdoor is het risicoprofiel van het provinciaal grondbezit beperkt.
Risico's
De ARG is een reserve waarmee het risico van het provinciaal grondbezit wordt afgedekt. In de Nota Grondbeleid is opgenomen dat in deze reserve 10% van de boekwaarde van de provinciale restgronden beschikbaar moet zijn voor de afdekking van dit risico. In de risicoparagraaf zijn de risico’s gekwantificeerd als extra controle of de genoemde norm van 10% voldoende is om de risico’s van het grondbezit af te dekken.
Voorbeelden van risico’s zijn dalende grondprijzen, planvertraging en verlies bij verkoop van opstallen. De risicoparagraaf in de Meerjaren Investeringsprognose Grondbeleid levert informatie over de benodigde omvang van de ARG in relatie tot de omvang en risico's van de tot dan toe opgebouwde grondportefeuille. De hoogte van de ARG dient dus voldoende te zijn om de risico’s van het provinciaal grondbezit af te dekken (zie knop 'Algemene Reserve Grondzaken'). Er is een aantal risico’s te kwantificeren.