We richten ons op een goede balans tussen economie en ecologie en daarbinnen tussen natuur en landbouw. Gericht op de lange termijn ontwikkelen we een strategie voor de verduurzaming van het landelijk gebied. Uitgangspunt bij de ontwikkeling van deze strategie is om -mede binnen de context van de klimaatopgaven - een perspectief te bieden voor versterking van de leefbaarheid en de economie i ...
3. Vitaal platteland
Om de bijdragen van natuur, landschap en landbouw aan de welvaart en het welzijn te behouden, streven wij naar een aantrekkelijk landelijk gebied met een goede verhouding tussen economie en natuur.
Relatie met de ambities van andere beleidsterreinen:
Gezonde natuur en een gevarieerd landschap zijn niet alleen belangrijk voor de bescherming van planten en dieren, maar ook voor de provinciale waterhuishouding, een goed woon- en vestigingsklimaat en voor recreatie en toerisme. Daarnaast zijn natuur en landschap, net als bijvoorbeeld infrastructuur en water, belangrijke dragers van de indeling van de ruimte.
Met de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) zorgen wij, door het verminderen van de uitstoot van stikstof, voor een goede balans tussen economische ontwikkeling voor (agrarische) bedrijven, infrastructuur en natuur. Een toekomstbestendige landbouw en behoud en ontwikkeling van natuur dragen zowel bij aan de vitaliteit en het beheer van het landelijk gebied, als aan inkomen en werkgelegenheid voor bedrijven in de keten van boer tot verwerkende industrie, recreatie en natuurbeheer.
Inleiding
Natuur voor Elkaar
Uitvoeringsprogramma Natuur voor Elkaar positief geëvalueerd
Eind 2017 besloot u het provinciale natuurbeleid te verbreden door in te stemmen met het Koersdocument Natuur voor Elkaar. U stelde middelen beschikbaar voor een “uitvoeringsimpuls” om concreet invulling te geven aan “beleven, benutten èn beschermen” van natuur. In het uitvoeringsprogramma hebben we - gezamenlijk met onze partners - energie en initiatieven in de samenleving losgemaakt om iets voor de natuur te doen. De initiatieven variëren van groene schoolpleinen, natuurinclusief bouwen, landschapsbeheer tot de aanleg van poelen voor amfibiën. Flankerend besteedden wij veel aandacht aan communicatie om steeds meer Overijsselaars te verleiden iets voor de natuur te doen.
Medio 2019 lieten wij een tussenevaluatie van het uitvoeringsprogramma uitvoeren. Partners gaven aan de nieuwe vormen van samenwerking – waarin zij ook veel verantwoordelijkheid dragen – te waarderen. Anderen waarderen dat ze een grotere rol krijgen bij ons natuurbeleid en activiteiten. De betrokkenheid bij natuur lijkt toe te nemen: zowel de Valentijnsbijeenkomst, het Biodifestival als het congres voor natuurinclusief-bouwen Natuurlijk! waren volgeboekt. “Bijvangst” van de goede samenwerking met partners (ook op andere onderwerpen) is dat wij ook als het spannend wordt – zoals bij de stikstofcrisis - de tijd namen en ruimte vonden om met elkaar het gesprek aan te blijven gaan.
Stikstof
Beleidsregels stikstof gaven veel onrust
Met het besluit van de Raad van State om de PAS buiten werking te stellen, brak een roerige periode aan. Alle ontwikkelingen die tot stikstofuitstoot leiden zijn alleen nog mogelijk als er een expliciet toestemmingsbesluit aan ten grondslag ligt. Een aanvraag daartoe moet een onderbouwing leveren dat er geen sprake is van een toename van de stikstofemissie. Een van de acties die we vervolgens samen met het Rijk hebben opgepakt is om op de kortst mogelijke termijn beleidsregels vast te stellen. Daarmee maken wij duidelijk wat wij van een vergunningaanvraag verwachten. Wij gunden onszelf aanvankelijk niet de tijd om goed af te stemmen met onze partners, met als gevolg de boerenprotesten bij het Provinciehuis. Daarop trokken wij de beleidsregels in voor zover ze betrekking hadden op de landbouw. Vervolgens hebben wij, na een brede consultatieronde, in december nieuwe beleidsregels vastgesteld.
Voor een goede aanpak van het stikstofvraagstuk is meer nodig dan het hebben van beleidsregels voor vergunningverlening. Wij werken nu langs een aanpak van 5 schakels, namelijk:
- (generieke) bronmaatregelen;
- vergunningverlening/handhaving;
- gebiedsgerichte aanpak;
- natuurherstelmaatregelen;
- uitgifte ontwikkelruimte.
Deze schakels vormen een ketting. De kracht van deze ketting en daarmee de kracht van de aanpak wordt bepaald door de zwakste schakel.
Het Rijk is primair belast met de generieke bronmaatregelen. Voor wat betreft Gebiedsgerichte aanpak stikstof onderzoeken we, ook in IPO verband, wat nodig is – bij onszelf, het Rijk en onze partners - om zo’n aanpak effectief te laten zijn. We verwachten dat dit in het voorjaar van 2020 is uitgekristalliseerd, zodat we concrete (werk)afspraken kunnen maken.
De natuurherstelmaatregelen voor de Natura 2000-gebieden blijven we voortvarend oppakken. Voor de uitgifte van ontwikkelruimte ontwikkelen wij een methode.
Inmiddels hebben wij voor gemeenten, omgevingsdiensten, waterschappen, brancheorganisaties en adviseurs diverse informatiebijeenkomsten georganiseerd, zodat zij geïnformeerd zijn en mee kunnen denken over oplossingen.
Bij het aandachtspunt stikstof en PFAS onder kerntaak 4 gaan wij nader in op de gevolgen voor de bouw- en infrasector
Samenwerking
Samenwerking met partners vraagt veel
In Overijssel werken we zoveel mogelijk samen met partners om resultaten te bereiken. Op het gebied van landbouw en natuur doen we dat onder andere bij de Ontwikkelopgave, Natuur voor Elkaar, Natuurbeheer en de Gebiedsaanpak Stikstof. Dit vraagt veel van onze partners. Zeker bij de kleinere organisaties is er onvoldoende capaciteit om te participeren in elk onderwerp dat hen aangaat. Wij overleggen met hen om te bepalen of en zo ja hoe we de samenwerking nog beter en efficiënter kunnen vormgeven.
Ontwikkelingen
Ontwikkelingen
We richten ons op een goede balans tussen economie en ecologie en daarbinnen tussen natuur en landbouw. Gericht op de lange termijn ontwikkelen we een strategie voor de verduurzaming van het landelijk gebied. Uitgangspunt bij de ontwikkeling van deze strategie is om -mede binnen de context van de klimaatopgaven - een perspectief te bieden voor versterking van de leefbaarheid en de economie in het landelijk gebied. Daarbinnen zijn een toekomstbestendige landbouw en versterking van natuur en landschap belangrijke pijlers.
De uitvoering van de Programmatische Aanpak Stikstof zetten wij voort, waarmee we gelijktijdig ruimte maken voor economische ontwikkeling en bouwen aan een sterkere natuur. In de tweede helft van 2018 wordt de eerste tussenevaluatie van de PAS afgerond en verwachten we de uitspraak van de Raad van State uitspraak over de juridische houdbaarheid van de PAS. De uitkomsten daarvan zijn nog niet verwerkt in deze begroting.
Naar aanleiding van de formele overgang van de verantwoordelijkheid voor het natuurbeleid van Rijk naar provincies, hebben wij ons natuurbeleid in 2017 herijkt. U heeft eind 2017 de kaders voor dat nieuwe beleid vastgesteld. Wij intensiveren onze acties om de betekenis van natuur en landschap voor mensen te vergroten (beleven) en werken aan een wederzijdse versterking van “economie en natuur” (benutten). Daarmee handelen we in lijn met de uitkomsten van de eerste evaluatie van het Natuurpact. Daar wordt geconcludeerd dat strategieën gericht op de verbinding met economie en mensen meer uitwerking behoeven.
U heeft voor 2018 en 2019 middelen beschikbaar gesteld voor een uitvoeringsimpuls voor het nieuwe natuurbeleid. De uitvoeringsimpuls richt zich op de thema’s Natuur en economie, Natuur dichtbij, Landschap en Soorten. De acties uit het koersdocument ‘Natuur voor elkaar’ voeren wij samen met partners uit, zowel met onze partners in ‘Samen werkt beter’ als met nieuwe partners die actief zijn in steden en dorpen.
Met de overgang van het natuurbeleid naar de provincies zijn wij ook belast met de vergunningverlening, toezicht en handhaving. Inmiddels hebben we daarmee de eerste ervaringen opgedaan. Die verwerken we in de manier waarop we uitvoering geven aan deze taak. Wij investeren in vooroverleg met initiatiefnemers, om ontwikkelingen gemakkelijker mogelijk te maken. Wij experimenteren met soortenmanagementplannen als middel om ontheffingen te verlenen.
Verduurzaming van de landbouw is nodig voor een toekomstbestendige sector. De ontwikkeling van minder milieubelastende en omgevingsvriendelijkere voedselproductie biedt hiervoor kansen. Wij stimuleren dit met ons Agro&Food-programma. Door de uitvoering van het Actieplan Weidevogels geven we een extra impuls. Wij hebben het uitvoeringsprogramma landbouwstructuurversterking uitgevoerd. Verschillende verkavelingsprojecten lopen nog door of zijn in een afrondende fase.
In 2019 stelt de Faunabeheereenheid (FBE) een nieuw Faunabeheerplan op. Daarin wordt aangegeven hoe de FBE komende jaren werkt aan de balans tussen soortenbescherming en economische belangen. Daar waar toch schade geleden wordt door beschermde dieren, wordt deze (onder voorwaarden) vergoed.